Hoe natuurlijker gemaakt, hoe beter een brood ons smaakt

Slow, bewust, eerlijk, puur. Tegenwoordig kiezen we zo dicht mogelijk bij de natuur. Dat wil zeggen: zonder ‘onnodige’ verbeteraars, additieven of E-nummers op het etiket. Het geheim voor back to basics-brood? Tijd en liefde.

Back to basics bakken

Steeds meer bakkers maken (een deel van) hun assortiment opnieuw zoals vroeger: puur met meel, water, gist en zout – en met een portie passie en geduld natuurlijk. Want hoe meer tijd een bakker zijn deeg geeft om te rijzen of fermenteren, hoe meer smaken en geuren zich ontwikkelen. Daarom zweren sommigen bij een puur, basic, natuurlijk bereid brood – vaak gemaakt op basis van zuurdesem, zonder broodverbeteraars en E-nummers.

Wat zijn broodverbeteraars en E-nummers?

Alle ‘extra’ grondstoffen die niet bij de basisingrediënten horen van een brood (namelijk meel, water, gist en zout) noemen we broodverbeteraars. Waarom ze worden toegevoegd? Bijvoorbeeld om de houdbaarheid te verlengen, de smaak te versterken, het bereidingsproces te vereenvoudigen of de textuur malser te maken. Er bestaan natuurlijke (zoals boter, melk en suiker) of synthetische verbeteraars – in dat laatste geval krijgen ze een E-nummer, zoals E300 (ascorbinezuur of vitamine C om het rijsproces te stimuleren) of E471 (om een malsere kruim te krijgen).

Zijn stoffen met een E-nummer slecht?

Nee. Elk E-nummer werd streng onder de loep genomen door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA). Die instantie bepaalt hoeveel van elke stof mag worden geconsumeerd. E-nummers zijn dus goedgekeurde, synthetische hulpstoffen (zoals bewaarmiddelen, kleurstoffen en smaakversterkers) die een bepaalde functie vervullen.